Klimaat

Wat werkt?

  • Een aangenaam schoolklimaat realiseren.
  • Vertrouwen tussen leerkrachten onderling en tussen leerkrachten en beleidsondersteuners stimuleren.
  • Openheid creëren om te praten over het omgaan met verschillen.

Screening

  • Op welke momenten kunnen leerkrachten en ondersteuners ideeën uitwisselen?
  • Gaan leerkrachten bij elkaar aankloppen voor ondersteuning op vlak van differentiatie?
  • Is de organisatie van de school stimulerend om te differentiëren?

Goede praktijkvoorbeelden

Directie: “Het hospiteren bij elkaar vind ik zeer waardevol. De deuren staan dan open en de collega’s leren van elkaar. Er is geen schroom om te delen. Het is heel dankbaar om zo te kunnen werken.”

Leerkracht: “Het is toch wel heel belangrijk dat we bij elkaar gaan hospiteren. Je moet het niet altijd heel ver gaan zoeken om van elkaar te kunnen leren.”

Zorgcoördinator: “Elk kind heeft drie uur differentiatie in het uurrooster. Vanuit observaties en vanuit resultaten bepalen we de inhouden. Het kan gaan om preventief werken, remediëren, trainen of verdiepen. Tijdens deze uren komt er een ondersteuner in de klas. Het heeft ongeveer drie jaar geduurd tot alle leerkrachten de meerwaarde inzagen van deze manier van werken.”

Directie: “We herverdelen de klassen elk jaar om voor een zo groot mogelijke heterogeniteit te zorgen.”

Directie: “Elke week is er één volledige namiddag waarbij kinderen in een ateliertraject stappen. Een ateliertraject duurt vier weken. De invulling is heel divers. Kinderen kunnen kiezen vanuit hun interesses of talenten. Ook leerkrachten zetten daar hun eigen talenten in. We evalueren deze ateliers aan de hand van een portfolio.”

Directie: “We hebben er voor gekozen om in de zorgklas hetzelfde aan te bieden als in de klas van de leerling, maar dan op een andere manier. Met meer materiaal, met meer instructie, met meer begeleiding. Ze komen terug in de klas en ze hebben dezelfde les gehad; ze hebben dezelfde oefeningen gedaan.”

Directie: “Leerlingen hebben een charter waarin de redelijke aanpassingen/ sticordi-maatregelen zijn opgenomen. De titularis vult dit samen met de leerling in. Dat wordt meegegeven naar het volgende leerjaar. In het zesde leerjaar maken we een ‘volwassen versie’. Dit kan worden meegenomen naar het secundair onderwijs.”

Zorgcoördinator: “Als je zou rondgaan op onze school, dan zie je in elke klas wel iets van differentiatie zonder dat de leerkracht er zich bewust van is. Het maakt deel uit van de lerarenstijl van onze leerkrachten; ze ervaren het niet als toepassen van maatregelen. Bijvoorbeeld: een leerling die vanuit een ervaren nood de kans krijgt om op een rustige plaats te gaan zitten. Dit gebeurt nu automatisch in elke klas, zonder dat dit ervaren wordt als een maatregel.”

Aan de slag

  • Hospiteren: collega's gaan in elkaars klas op bezoek. Het werkt het best als er met een thema gewerkt wordt (op basis van de noden van de leerkrachten). Het is belangrijk om dit goed voor te bereiden, zodat collega's bijvoorbeeld vooraf weten wie in hun klas komt kijken. Je kunt dit bijvoorbeeld tijdens een personeelsvergadering inbouwen.
  • Een open-deur politiek op school. Spreek af dat de deuren van de klaslokalen buiten de lesuren zo veel mogelijk openstaan, zodat collega's minder drempels ervaren om bij elkaar binnen te lopen.
  • Voldoende overleg inbouwen door te verkennen welke noden de leerkrachten zelf ervaren. Het is niet altijd mogelijk om dit structureel in te bouwen tijdens de lesuren, maar samen nadenken over andere opties kan verhelderend zijn.
    *Informeel overleg stimuleren en daartoe kansen creëren: een drink na het werk, zeteltjes in de personeelsruimte, ...

Heb je zelf nog een goed praktijkvoorbeeld of een goede tip? Laat het ons zeker weten door het onderstaande formulier in te vullen.

Mijn praktijkvoorbeeld