Transparantie

Wat werkt?

• Een transparante les geven.
• Duidelijk zijn over de keuzes van leerdoelen en inhouden.
• Een team dat een gemeenschappelijke visie uitdraagt.

Screening

  • Bied je de studenten voldoende overzicht van de leerstof?
  • Is de link tussen wat de studenten op de hogeschool leren en de praktijk waarvoor ze die theorie nodig hebben, helder?
  • Geef je zelf het goede voorbeeld?
  • Is er een open communicatie over het profiel en het proces van je studenten?

Goede praktijkvoorbeelden

Overzicht en structuur

  • Docent: “Bij het begin van de les geef ik aan wat er in de les gaat gebeuren. Ik bied de studenten een overzicht van de leerstof die we gaan behandelen en de manier waarop we dat gaan doen. Ik zeg hen wat de minimumdoelen zijn en wat extra uitdieping is.”

  • Opleidingshoofd: “Wij maken een toetsmatrijs op waarin we aan studenten meegeven hoe ze geëvalueerd worden. We verduidelijken aan de studenten welke toetsvorm ze mogen verwachten, zodat ze zich kunnen voorbereiden.”

  • Opleidingsdirecteur: “We besteden veel aandacht aan thematisch werken. We zoeken de link tussen de verschillende opleidingsonderdelen en we vragen van studenten ook hetzelfde, dat ze een totaalaanbod aan de kinderen bieden.”

Openheid en eerlijkheid

  • Docent: “Op de stage-intake leg ik aan de studenten uit dat ik wel een beoordelaar ben op het einde van de rit, maar dat ik hen ook wil coachen en ondersteunen in hun proces.”

  • Docent: “Het is belangrijk dat studenten op zoek gaan naar hun eigen stijl. Ik bespreek met hen wat hun sterktes zijn, maar ben ook eerlijk over de valkuilen die daarbij horen.”

Inzicht in het waarom, inzicht in de doelen

  • Docent: “ Hoe meer wij in onze lessen de vertaalslag maken naar het later beroep hoe krachtiger ze wat ze leren op de hogeschool gaan ervaren.”

  • Student: “Voor de studenten is belangrijk om het nut in te zien van wat ze leren”.

  • Docent: “Transfer is belangrijk. Ik laat de studenten reflecteren over de stappen die ze hebben gezet. En over hoe ze dit zouden aanpakken in de lagere school.”

  • Docent: “Teach as you preach is een belangrijk fundament in het aanreiken van differentiatiemethodieken. Ik laat de studenten zelf leren via coöperatieve werkvormen en evalueer dit dan ook met hen.”

Overtuiging als team

  • Opleidingscoördinator: “Differentiatie is geen vakje apart, het is een teamgebeuren. Alle docenten, zowel pedagogen als vaklectoren, kunnen aandacht besteden aan het omgaan met verschillen binnen hun vak. Afstemming tussen docenten onderling kan zorgen voor meer transparantie.”

  • Opleidingscoördinator: Over de middag organiseren we adviessessies met collega’s waar best practices worden voorgesteld en uitgewisseld.”

  • Opleidingscoördinator: “In bepaalde opleidingsonderdelen is aandacht voor verschillen meer aanwezig dan in andere. Daarom volgen we samen navormingen, zodat we als team wat meer met de neuzen in dezelfde richting staan.”

Aan de slag

  • Er zijn verschillende momenten om de studenten overzicht te bieden over de inhouden, verwachtingen en evaluatie van je opleidingsonderdeel. In elke les kan je bij de start overlopen wat de doelstellingen zijn en kan je deze bij het afronden opnieuw overlopen.

  • Voor de studenten is het belangrijk te weten waarom de leerstof die je geeft, belangrijk is voor hun latere job. Misschien kan het goed zijn om deze leerstof te screenen. Een toetscommissie kan nagaan of je examens nog steeds betrouwbaar en valide zijn. Deze toetscommissie kan bestaan uit leden van het team waarin je werkt. Maar hier kunnen ook externen bij betrokken worden. Overleg hierover met je opleidingsdirecteur als je deze nood voelt.

  • Het kan nuttig zijn om stil te staan bij de transparantie van je inhouden en de manier waarop je deze overbrengt. Vind je voldoende aansluiting bij de praktijk waarin je studenten terecht komen? Dit kan een thema zijn om in een functioneringsgesprek aan te grijpen.

Heb je zelf nog een goed praktijkvoorbeeld of een goede tip? Laat het ons zeker weten! Klik hier om jouw ideeën door te sturen.