Domeinen en elementen GID

Domeinen

Een leerkracht kan differentiëren binnen een aantal domeinen, met name een krachtige leeromgeving, het curriculum, assessment, instructie en het klasmanagement.

  • De krachtige leeromgeving refereert aan het fysieke en affectieve klimaat in de klas en school. Begrippen zoals veiligheid, geborgenheid, respect en waardering staan centraal. Binnen een krachtige leeromgeving worden leerlingen uitgedaagd en krijgen ze de kans om te groeien. Ze worden geprikkeld door rijke en authentieke ervaringen. Daardoor zijn leerlingen betrokken en gemotiveerd. Er wordt dankzij betekenisvolle taken ingespeeld op het niveau, de leefwereld, de interesses, de talenten, de dromen, het karakter en de leerstijl van leerlingen. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van een variatie aan werkvormen. Leerlingen worden actief en zelfstandig aan het werk gezet, experimenteren, leren probleemoplossend denken en een team te vormen. Leerkrachten die in een krachtige leeromgeving werken zijn leerders, voelen zich competent en geloven in hun eigen kunnen. Dankzij interactie wordt iedereen in een krachtige leeromgeving ondersteund.

  • Het curriculum wordt in de eerste plaats gevormd door de eindtermen en ontwikkelingsdoelen die bereikt moeten worden. Op schoolniveau bevat het curriculum de leerplannen die doelen bevatten die noodzakelijk zijn om de eindtermen te bereiken en het schoolwerkplan waarin het pedagogisch project, de visie en de daarmee samenhangende doelen worden geëxpliciteerd. In de klas bevat het curriculum de lesdoelen, datgene wat onderwezen wordt op het niveau van de klas, een groep of het individu. Scholen en klassen kunnen binnen het gemeenschappelijk curriculum redelijke aanpassingen aanbieden aan leerlingen. Drie fundamentele kenmerken staan centraal. Ten eerste streeft een curriculum duidelijke doelstellingen na over wat leerlingen zouden moeten weten, begrijpen en kunnen. Ten tweede resulteert dit in een begrip van de belangrijke leerinhouden rekening houdend met de zone van naaste ontwikkeling. Tot slot motiveert het leerlingen en studenten voor hun leerproces. In de lerarenopleiding is de afstemming van het curriculum op de arbeidsmarkt belangrijk.

  • Assessment (evalueren om te leren) is het proces van het verzamelen van informatie over de leerlingen. De leerkracht houdt onder andere door observatie voortdurend een overzicht op het groeiproces van de leerlingen. Hierbij is specifieke en gerichte feedback waaruit leerlingen kunnen leren, van belang.

  • Terwijl het curriculum verwijst naar wat moet geleerd worden, verwijst instructie naar hoe de leerkracht onderwijst of hoe de leerlingen het leren ervaren. Het is de concrete handeling waarbij de leerkracht leeractiviteiten uitlokt. Instructie vormt de kern van het differentiëren omdat het het ultieme doel is om te verzekeren dat iedere leerling de beste leerkansen krijgt om zijn groei te maximaliseren. Instructie wordt daarom afgestemd op de behoeften van de individuele leerlingen en van de groep. Het is van belang om leerlingen in flexibele groepen te laten samenwerken en steeds interessante en uitdagende opdrachten voor elke leerling te voorzien.

  • Klasmanagement bevat de organisatie van het klasgebeuren. De leerkracht ziet de klas als een gemeenschap die vorm krijgt om de ontwikkeling van ieder individu te ondersteunen, maar ook van de groep als geheel. De leerkracht zal de leerlingen helpen begrijpen, bijdragen en participeren aan de structuren om het leren te ondersteunen. Het gaat hierbij voornamelijk over de samenwerking tussen de leerkracht en de leerlingen. Met een flexibel klasmanagement kan een leerkracht inspelen op de specifieke onderwijsbehoeften van alle leerlingen. Concreet heeft het klasmanagement te maken met de klasschikking, richtlijnen voor taken waarbij leerlingen niet hetzelfde werk uitvoeren, manieren voor leerlingen om hulp te krijgen wanneer de leerkracht andere leerlingen helpt, richtlijnen voor wanneer leerlingen vroeger klaar zijn, ervoor zorgen dat leerlingen weten hoe en wanneer ze klasgenoten kunnen helpen die hier nood aan hebben, enz.. Het heeft daarnaast te maken met alertheid of de vaardigheid om zich bewust te worden van de verschillende zaken die spelen in de klas. Leerlingen die weten dat hun leerkracht goed oplet, orde houdt en steeds bij de les is, zijn taakgerichter. Een leerkracht moet bovendien in staat zijn om op een flexibele manier verschillende zaken tegelijk te doen en snel beslissingen te nemen.

Elementen

Klas School Lerarenopleiding
Het profiel verwijst naar de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen. Het is belangrijk dat de leerlingen worden aangesproken op hun totale persoonlijkheid. Zo staan hun leerstijl, hun interesses en talenten centraal. Er wordt breed gekeken naar alle leerlingen en er wordt aan iedere leerling aandacht geschonken. Het profiel van de leerkrachten en het zorgteam doet ertoe.

Kijken naar de talenten en interesses van je team.
Het profiel van de studenten doet ertoe.

Kijken naar de talenten en interesses van je studenten.
Daarnaast wordt er ook gekeken naar het proces dat leerlingen doormaken. Door leerlingen te voorzien van voldoende feedback kunnen ze groeien in hun leerproces. Belangrijk is dat leerkrachten inspelen op de noden en behoeften van alle leerlingen zodat iedere leerling een groeiproces kan doormaken. Het proces van alle betrokkenen ondersteunen.

Leerkrachten voldoende ondersteunen in hun ‘zoektocht’ naar mogelijkheden om om te gaan met verschillen. Aandacht voor het hele team.
Het proces van alle studenten ondersteunen.  

Studenten voldoende feedback geven over de groei die ze doormaken.
Voor differentiatie is een goed klimaat in de klas van belang. De band of relatie die leerkrachten met hun leerlingen opbouwen staat hier centraal. Er is aandacht voor de belevingswereld van leerlingen en de interactie tussen de leerkracht en leerlingen enerzijds en de leerlingen onderling anderzijds. Een aangenaam schoolklimaat realiseren.

Vertrouwen tussen leerkrachten onderling en tussen leerkrachten en beleidsondersteuners. Openheid om te praten over het omgaan met verschillen.
Een aangenaam klasklimaat realiseren.  

Vertrouwen tussen studenten onderling en tussen studenten en docenten. Openheid om te praten over het eigen leerproces en behoeften.
Ook de indicator betrokkenheid is belangrijk. Leerlingen krijgen hierbij de kans om zelf een aantal keuzes te maken en een eigen inbreng te hebben in het klasgebeuren en de leerinhouden. Er wordt gestreefd naar een participatie en betrokkenheid van alle leerlingen. Betrokkenheid van het hele team stimuleren.

Alle leerkrachten stimuleren om actief te participeren in het beleid rond differentiatie.
Betrokkenheid van alle studenten stimuleren.

Studenten krijgen voldoende autonomie bij het maken van keuzes. Ze worden actief betrokken.
Tot slot is transparantie van belang. De leerkracht denkt bij het voorbereiden van zijn of haar lessen bewust na over alle leerlingen in de klas en maakt gerichte keuzes. Er is daarbij ook de terugkoppeling naar de leerlingen waarom hij bepaalde keuzes maakt. Een transparant beleid voeren.

Binnen het schoolteam is er openheid en duidelijkheid over didactische, pedagogische of organisatorische keuzes m.b.t. differentiatie.
Transparante lessen geven.

Openheid over doelstellingen en andere didactische, pedagogische of organisatorische keuzes.

Binnen deze elementen kan een bepaalde lijn getrokken worden van leerling naar leerkracht. De totale leerling wordt centraal geplaatst waarna specifiek gekeken wordt naar het groeiproces. Om dergelijke totale ontwikkeling en een groeiproces te realiseren, dient er een goed klasklimaat te zijn en dienen leerlingen betrokken te zijn bij het onderwijs. De leerkracht speelt daarbij een grote rol door bewust na te denken over zijn klasgebeuren.

Wanneer de verschillende domeinen (krachtige leeromgeving, curriculum, assessment, instructie en klasmanagement) gecombineerd worden met de verschillende elementen (leerlingenprofiel, leerproces, klimaat, betrokkenheid en transparantie) ontstaan kwaliteitscriteria die belangrijk zijn om differentiatie in de klas, school of lerarenopleiding vorm te geven.